Kloneren van Mensen

De doorbraken op het gebied van het kloneren van dieren, wakkerden ook de discussie over het kloneren van mensen weer aan. In oktober 1993 meldden de Amerikaanse onderzoekers Jerry Hall en Robert Stillman van het George Washington University Medical Center dat zij klonen van menselijke embryo's hadden gemaakt. Op de klassieke manier probeerden Hall en Stillman de embryo's tot losse cellen te krijgen, die zij vervolgens in een kunstmatig omhulsel plaatsten.
De onderzoekers maakten uit zeventien menselijke embryo's 48 klonen, die zij lieten uitgroeien tot het tweeëndertigcellig stadium. Dat is precies het moment waarop het embryo geschikt is voor plaatsing in de baarmoeder om verder te groeien. In plaats daarvan vernietigde Hall de klonen. Hoewel de klonen dus het levenslicht zagen, veroorzaakte het nieuws grote verwarring. Het doorbreken van embryo's is een gebeurtenis die zich ook natuurlijk voordoet bijv. eeneiige tweelingen. Het kloneren van volwassen zou niet mogelijk zijn, omdat de cellen van een volwassene al gegroeid zijn tot een specifiek celtype.
Vlak na de geboorte van Dolly stelde het Noorse parlement, met achtentachtig stemmen tegen twee, een verbod in op het klonen van mensen en andere organismen. President Clinton brak meteen na het nieuws alle overheidssteun aan onderzoek naar het klonen van mensen. Het Duitse parlement en de Franse president vroegen beiden om een wereldwijd verbod op het klonen van mensen. Unesco gaf een verklaring uit, ondertekend door 77 landen, waarin het klonen van mensen verboden werd.
Toch gaan sommige mensen, onderzoekers en bedrijven door met het onderzoeken en gebruiken van menselijke klonen. Het bedrijf Clone Inc. heeft een echte catalogus van leverbare menselijke klonen, met als succesproduct de Elvis-kloon. 
 
Je kunt ook klonen aanmaken die bruikbaar zijn voor het maken van organen voor ziekten en ongevallen, een hart of een lever bijvoorbeeld. Daarbij hoef je niet meteen aan volwassen klonen te denken, het kan namelijk ook met embryoweefsel. Precies omdat jonge embryo’s nog niet volledig ontwikkeld zijn, kunnen de cellen ervan nog uitgroeien tot een reeks verschillende gespecialiseerde cellen. Als je dergelijke cellen in een volwassen hart brengt, zullen ze uitgroeien tot hartcellen. De geneeskunde gebruikt nu al weefsel van embryo’s uit miskramen, tegen de ziekte van Parkinson bijvoorbeeld. Dit is geen grote ingreep, maar waar ligt de grens? Klonen voor organen kan ook duisterder wegen opgaan.